zondag 15 december 2013

Vroeger

Vroeger was alles beter.
Gelukkig hebben we in de toekomst steeds meer vroeger.

Midas Dekkers


Ik denk dat elke club er eentje heeft. Een veteraan die het allemaal al gezien heeft. Die niet meer hoeft te trainen, maar als hij er is nog verdomde hard gaat. Je ziet hem niet heel vaak, maar zo nu en dan duikt hij weer eens op. Bijvoorbeeld bij een clubkampioenschap. Of bij een fietstraining als de zon schijnt. Bij voorkeur fietst hij dan in het laatste wiel om aldaar zijn sportieve nalatenschap te delen met een ieder die naast hem rijdt. Een rijdende erfenis van sterke verhalen. Verhalen over vroeger.

Wij hebben er ook eentje bij de vereniging. Laat ik hem voor het gemak Harry noemen. Harry is de mastodont der mastodonten. Een archetype waar karakters als Eddy Planckaert en René van der Gijp op gebaseerd zijn. Harry zit vol met scherpe nuchtere analyses en sterke verhalen. Hij is de ideale reisgenoot om het eerste uur van de training mee door te komen. Ik fiets op de zaterdagochtend graag naast Harry.

Zoals het (een) Harry betaamt, klaagt hij steevast aan het begin van de training. “Is dit dertig per uur?” “Mmm, er zal wel iets mis zijn met mijn kilometerteller.” Dit houdt hij drie minuten vol en dan maakt het gegrom plaats voor de analyse. Bijvoorbeeld over een dure fiets waar onze voorganger in het peloton op rijdt. “Ow, dat is dus een P-5.” “Zie je, er staat P-5 op.” “Mooi zwart fietsje.”

Na de analyse gaat Harry echt los. Onzichtbaar verandert zijn zadel in een praatstoel en opent hij een blikje “Vroeger”. “Vroeger deden we een tien-kilometer-loop volle bak direct na de schaatstraining. En dan eindigden we met sprintjes heuvelop om nog even flink te verzuren. Dan was je zo misselijk dat je geen eten meer lustte. Dan kon je direct de kroeg in.” Of, “vroeger reden we zevenenveertig met wind tegen op de Afsluitdijk. En je moest wel in de waaier blijven zitten. Want als je even aan je kont krabde, waaierde je er af en was je met de Kerst nog niet thuis.”

Als Harry op dreef is, komt er geen einde aan zijn openbare redevoering. Het blikje “Vroeger” verandert dan in een fust. Om hem een beetje af te remmen, plaag ik hem wel eens en zeg ik: “Vroeger hadden jullie geen tijdwaarnemingssystemen.” “Dan keken jullie gewoon naar de stand van de zon om te weten wat je finishtijd was.” Maar dat brengt Harry niet van de wijs. Harry’s vroeger heeft namelijk echt bestaan, zo leerde ik na een Google-zoekopdracht en van enkele betrouwbare bronnen.

Vorige week fietste ik weer achterin het peloton. Het was miezerig en dus was Harry er niet. Naast mij fietste een jongen die afgelopen zomer lid is geworden van onze vereniging. Hij vroeg mij of ik wel eens een halve marathon had gelopen en hoe toegewijd je moet zijn in de voorbereiding.

Ik antwoordde: “Vroeger, …”


maandag 11 november 2013

Passie

Hé, er is geen bal op de tv
Alleen een film met Doris Day
En wat dacht je van net twee
Eine Wiener Operette
Nee!

Doe Maar (Doris Day)


Er was niets op de televisie. Hij kon zappen wat hij wilde, maar volharding zou niet leiden tot betere programma’s. Dat wist hij ook wel, maar tegen beter weten in bleef hij toch maar zappen. Soms bleef hij even hangen bij een programma. Dan hoorde hij kok Rudolph van 24 Kitchen zeggen dat hij het zo heerlijk vond om gepassioneerd zijn gekonfijte worteltjes te verwennen. Of dan zei een meisje bij Holland’s got Talent: “Ooh hoelahoepen is echt mijn passie.” Daarna keek hij een minuut lang naar een waardeloze auditie om vervolgens weer verder te zappen.

Vaak negeerde hij alle onzin die voorbij kwam. Maar elke keer als hij het woord passie hoorde dan zuchtte hij even. Wat was er mis met het hebben van een hobby? Waarom moesten mensen hun favoriete vrijetijdsbesteding duiden met een term die hartstocht, drift, of het lijden van Jezus Christus betekent? Toen ook in het zoveelste voetbalprogramma de passie gepreekt werd, zette hij de televisie uit. Ze konden hem wat.

Hij had er vaak van gebaald dat er nooit triatlon op tv was, maar nu zag hij dit als een zegen. Dan kunnen ze in ieder geval het woord passie niet in de mond nemen, dacht hij. Hij moest er smakelijk om lachen, want hij wist dat ze bestonden: gepassioneerde triatleten. Hij had het namelijk wel eens in een triatlonblaadje gelezen. Ook op Twitter zag hij wel eens uitlatingen voorbij komen. Hij probeerde zich voor te stellen wat dat nu is: triatlonpassie.

Hoe driftig zou je op een dinsdagochtend een before-breakfast-run kunnen doen? Of hoe hartstochtelijk is het als een clubgenoot je op de voeten tikt tijdens een piramide-oefening op de zwemtraining? Hij kon veel passende woorden bedenken die de lading konden dekken, maar passie hoorde daar niet bij.

Als het ging om lijden, was dat een ander verhaal. Honderdtachtig kilometer op je fiets in de tijdrithouding is absoluut lijden. Dat wist hij maar al te goed. Om over de daaropvolgende marathon maar te zwijgen. Maar om dan een metafoor als de passie te gebruiken? Dat vond hij toch wel een beetje overdreven.

Nee, in de jaren dat hij nu aan triatlon deed, had hij zichzelf nooit op passie betrapt. Hij had zonder twijfel veel plezier tijdens de trainingen en hij genoot van de wedstrijden. Maar passie had hij nooit gevoeld. Dat was volgens hem meer iets voor in de slaapkamer of het tijdschriftenschap in de supermarkt.


Verveeld zette de jongen de televisie weer aan. Er was nog steeds geen bal op. Ook geen triatlon. Dat vond hij ontzettend jammer.

maandag 16 september 2013

Rode badmutsen



If you had one shot, one opportunity, 
to seize everything you ever wanted, 
would you capture it? 
or would you let it slip?

Eminem (Lose Yourself)


Ik keek naar links. Ik weet niet waarom, maar ik keek naar links. Naast me stond een man die ik niet kende. Een ongeschoren vijftiger die harde trainingsuren uitstraalde. Hij keek onverschrokken voor zich uit. Een centurio, klaar voor de strijd. Natuurlijk kende ik hem niet, besefte ik. Ik kende hier niemand. Ik was omgeven door zesentwintighonderd rode badmutsen die ik niet kende. Behalve Jan Willem dan, maar die was ik ruim een kwartier geleden in de massa kwijtgeraakt. Het was dezelfde massa die mij anoniem had gemaakt. Mijn rode badmuts maakte mij nog anoniemer. 

De anonimiteit had me vaak gerustgesteld in het leven. Vandaag was ik niet gerust. Mijn gemoed werd beïnvloed door de geur van de massa. Ik werd omgeven door een orgie van zenuwen en ik rook het. Een met zweet vermengde poeplucht omhuld door latex zwempakken. Ik wilde eigenlijk terug om te braken in een Dixie, maar ik wist dat ik dan de start zou missen. De massa maakte zich meester van het moment en spon een web om hen die dachten celibatair de angst te kunnen ontvluchten. Alleen de start kon hen nog redden.

In mijn nabijheid waren enkelen die zich geen raad wisten met de stress. Dwangmatig ontdeden zij zich van hun zwembril om vervolgens deze weer net zo op te zetten als even daarvoor. Daarna zwaaiden ze een paar keer met beide armen als ware het de lakmoesproef voor een goedzittend montuur. Omdat deze routine zich steeds herhaalde, was ik getuige van een post-moderne choreografie van een derderangs dans-ensemble. Een Italiaan zette het geheel luister bij door middel van een schietgebed.

Om niet in de lach te schieten, keerde ik in mezelf. Eminem schoot door mijn hoofd en vervolgens dacht ik aan de lyriek van massa's inspirerende teksten. Als alle motiverende triatlonspreuken verwerkt zouden worden tot tegeltjes, dan zou men de Chinese muur kunnen plaveien, dacht ik. Het was een one-liner die de moeite van het onthouden waard was.

Bij de volgende gedachte werd ik afgeleid door de stem van speaker Mike Reilly die, zo leek het, mij rechtsreeks toesprak: "Remember, you've got control over one thing and one thing only today; and that's your attitude. Keep a positive attitude and it will take care of you all the way to the finish line." Als mijn wetsuit niet in de weg zou zitten, waren alle haren op mijn rug recht overeind gesprongen. Haast kreeg ik het te kwaad.

Het was nu nog maar enkele tellen tot de start. De man naast me ontwaakte uit zijn trance en keek naar rechts. Zijn oorlogsuitstraling transformeerde in een vaderlijke blik. Hij begon te grijnzen en zei: "This is the Ironman. Have fun!". We vertrokken.

zaterdag 3 augustus 2013

Ironman Frankfurt

Throw those curtains wide
One day like this a year would see me right

Elbow (one day like this)




Ik zag hem na ongeveer 30km hardlopen. Ik was op dat moment al dik negen uur onderweg. Een jongen van een jaar of tien stond in de schaduw langs het loopparkoers. Hij stond achter zijn zelfgemaakte spandoek. Zijn tekst: "My daddy is cooler than Tony Stark!" Wat een geniaal ventje, dacht ik. Held.

Ironman is een half jaar hard trainen, maar op de dag van de wedstrijd is het met name een mentale kwestie. Je geest is de pelotonscommandant die zijn manschappen (het lichaam) aanstuurt. Mijn geest heeft op dit moment een hondenbaan, want mijn lichaam wil sinds enige tijd niet meer. Om mezelf op te peppen denk ik terug aan de boodschap van de speaker vanochtend bij de start: "Remember, you've got control over one thing and one thing only today; and that's your attitude. Keep a positive attitude and it will take care of you all the way to the finish line." De les is duidelijk. Positief blijven. Ik blijf mijn best doen. Ook al zijn al mijn gedachten op dit moment nogal onsamenhangend. Eufemisme.

De dag is best voorspoedig verlopen. De zwemstart was een eitje. Ik ben niet overzwommen en heb geen klappen gehad. Ik heb bijzonder goed gezwommen en geen energie verspeeld. Ok, ik kwam uit het water met pijn in mijn biceps, maar dat was na 20km fietsen wel weer over en bovendien heb ik er tijdens het zwemmen geen last van gehad. Relativeren.



Het fietsen ging ook goed. Het ging niet super, maar wel goed genoeg. Natuurlijk had ik liever geen dip gehad na een kilometer of honderd. Het was bovendien idealer geweest als mijn twee bidons met elektrolytensportdrank niet uit mijn bidonhouders waren gestuiterd op die vervelende kasseistrook, maar dat heeft me ook niet van de wijs gebracht. Oh ja, die pijn in mijn rug door die vervelende tijdrithouding ben ik ook liever kwijt dan rijk. Maar ja, iedereen heeft een achilleshiel en dit is kennelijk de mijne tijdens een hele triatlon. Maar goed, het fietsen ging een minuut sneller dan gepland dus ik mag over die relatief kleine ongemakken niet klagen. Tevreden.



Ik heb al met al genoeg redenen om positief te zijn, maar waarom, nota bene tijdens mijn sterkste onderdeel, stort ik nu weer in? Waarom schiet de kramp van onder naar boven door mijn lijf? Is dit de consequentie van het gebrek aan elektrolyten en heeft de sportdrank van de organisatie die niet kunnen compenseren? Komt het door de hitte? Oh als het vandaag toch tien graden koeler was geweest? Nee, niet aan dat soort externe factoren denken. Positief blijven. Alleen positief blijven. Afzien is mooi! Of nee, wacht, in de categorie triatlontegeltjeswijsheden: "226km, everything else is cute." En nog eentje: "If triathlon were easy, they would call it football." Glimlach.




Positief blijven is moeilijk. Om de paar passen denk ik aan het Tony-spandoek. De andere passen denk ik aan van alles, maar toch het vaakst denk ik aan de temperatuur. Mijn gunst, wat is het heet vandaag. 30 graden? Misschien nog wel meer. Ik probeer de bakens te verzetten en denk aan datgene wat nog komen gaat. Straks voor de laatste keer langs die gast in zijn jurk die biertjes staat uit te delen. Ook nog een keer langs de groep onbekende Nederlandse supporters. Niet vergeten om ze te bedanken. Dan langs Ivonne en Elvira. Wat een topsupporters! Hey, waar is Jan Willem eigenlijk? Ik heb hem de hele dag niet gezien. Zit ie nog steeds voor me? Wat maakt het eigenlijk uit? Positief blijven. Hij zit achter me.



Het loopparkoers is volledig vlak op twee bruggen na. Elke ronde loop je twee keer over een brug. Er zijn vier looprondes. Van de acht bruggen heb ik er nog drie te gaan. "Ik begin nu aan de vijfde klim", zeg ik haast hardop. "Over de helft dus". Verdomme weer kramp. "Kutbrug", zeg ik nu echt hardop, maar de brug reageert niet. Voorzichtig naar beneden. Nog twee bruggen te gaan. He, daar staan Mark en Edo. Wat doen die hier? Wat cool. Moraal.



Rekenen, ik moet rekenen. Als ik reken dan kan ik niet aan andere dingen denken. Hoeveel tijd heb ik nog om binnen elf uur te finishen? Hoeveel kilometer moet ik nog? Als ik zeven minuten per kilometer loop dan finish ik binnen de elf uur! Zonet liep ik zes minuut nog wat op een kilometer. Met een korte stop bij de drankpost. Ik kan het halen. Ik ga het halen! Overtuiging.

"Congratulations", zei de jongedame die zonet mijn vierde armbandje om mijn pols deed. Het bewijs dat mijn vierde ronde er bijna op zit. "Danke". Ik ga finishen. Ik ga FINISHEN!!! Ik hoef het nog maar een kwartiertje vol te houden. Blijdschap.



"You are an Ironman!" hoor ik in de verte. Het is de speaker op de Romerberg. Nog een paar honderd meter en dan begroet een rode loper mijn verkrampte benen. Ik ben er bijna! Als ik het tapijt bereik, zie ik ontelbaar veel mensen achter dranghekken aan beide kanten van het parkoers. Iedereen juicht. Ook voor mij. Kinderen willen high-fiven. Ik ook, maar de meeste handen mis ik helaas. In een ooghoek zie ik Elvira. Ik probeer alvast te juichen als blijk van waardering. Ik ben waanzinnig blij. Nog een paar meter en dan ben ik in het Ironmanstadionnetje. Met de finish in zicht steek ik mijn handen in de lucht alsof ik gewonnen heb. Ik vind dat ik gewonnen heb. Vlak voor de finishboog bal ik een vuist. Gelukt!

Heel even vind ik mezelf cooler dan Tony Stark.



donderdag 27 juni 2013

Wordt vervolgd

Ik ben Richard
Ik ben 32 jaar
en ik doe Tweety na:
"I thought I saw a Poodycat"

Richard Jong-A-Pin (met dank aan Han Peekel)


Eerlijk waar, ik wilde de afgelopen weken wel iets schrijven, maar het lukte me niet. Het lukte me niet, het lukte me niet. Eerst dacht ik dat ik het gewoon te druk had en daarna dacht ik aan een gebrek aan inspiratie, maar wat ik ook bedacht, het waren allemaal verzinsels. Soms begon ik met schrijven. Vijf zinnen, tien zinnen, om daarna weer net zo fanatiek te backspacen als ik begonnen was.

En nu ben ik er achter wat er aan de hand was. In mijn achterhoofd speelde steeds de gedachte dat het eerstvolgende stukje waarschijnlijk het laatste stukje zou zijn voor de grote wedstrijd. En die gedachte werkte als een verboden-in-te-rijden-verkeersbord in mijn schrijfproces. Wegversperring. Doorgaand rijverkeer gestremd. Blokkade.

Welk onderwerp ik ook aanpakte, ik had steeds de gedachte dat mijn laatste blog voor de wedstrijd iets ter afronding zou moeten bevatten. En dus zag ik beelden van een verdrinkende Leonardo (Titanic), een stervende Russel (Gladiator), en een balende Gargamel (Ik haat smurfen). Of soms zag ik het tegenovergestelde, je weet wel, van die ze-leefden-nog-lang-en-gelukkig-shit, of van die eind-goed-al-goed-bla-bla. Nou, ik vertik het om dat soort praatjes te verwerken in mijn blog (neemt niet weg dat ik best open sta voor een lang en gelukkig leven, graag zelfs :-) )

Naast van die de-cirkel-is-rond teksten, blokkeerde ik bij het feit dat afsluitende blogs vaak doorspekt zijn van reflectie. Over de zware fysieke en mentale inspanning en toewijding die het wel niet heeft gevergd. Nou mensen, ook ik ging tijdens mijn voorbereiding over hoge toppen (Col d'Izoard) en door diepe dalen (Ik ben wel eens het zwembad ingedoken tot zeker drie meter diep). Daar heb ik dus ook geen zin in.

Vanochtend was mijn wegversperring ineens weer opgeheven. Het lukte het me ineens weer om met een gekke gedachte te komen. Ik dacht aan Han Peekel. Ik weet niet hoe vaak jullie dat hebben, maar eens in de zoveel tijd denk ik aan Han Peekel. U kunt hem wel, die vrolijke dikzak die in mijn herinnering, gek genoeg, altijd een geel jasje draagt. Ik weet niet hoe zo'n gedachte zich ontwikkelt in mijn hersenen en waarom ik ineens deze gedachte had, maar vanochtend, toen ik achter ons huis wegfietste en net mijn IPod had aangezet en meezong met Fairytales en Firesides van Passenger, dacht ik aan Han. En de gedachte aan Han redde mijn blog. De gedachte: Wordt Vervolgd.

Als je blokkeert bij de gedachte aan afsluiten dan moet je niet afsluiten, dacht ik. En dus ga ik niet stoppen. Natuurlijk, de voorbereiding zit er op en volgende week is het "moment supreme" daar. Ik ga starten bij de Ironman Frankfurt, "Der längste Tag des Jahres". Ik heb maandenlang keihard getraind om daar te zwemmen, te fietsen en te lopen als ... als mezelf (ik heb metaforen genoeg maar ik vind mezelf goed genoeg). Maar daarna... daarna ga ik door. Hoe en wat weet ik nog niet precies, maar ik blijf triatlonnen en ik blijf schrijven.

Wat ik ga schrijven? Een boek? Wellicht. Eentje over triatlon? Misschien. Een roman? Zou kunnen.

Een jaar geleden las ik "De kunst van het veldspel" van Chad Harbach. Een werkelijk fantastisch en betoverend boek over een gewone jongen die gegrepen wordt door het honkballen en er alles aan doet om de allerbeste korte stop te worden. Toen ik dit boek las, zag ik tijdens mijn dagdromen "hem" al in de schappen van de betere boekhandel liggen: "De kunst van het wisselen" over hoe een gewone jongen .....

Enfin, niet op de zaken vooruitlopen. Er moet volgende week eerst nog een andere droom uitkomen.

Wordt Vervolgd!



Tot slot (ja, toch nog iets ter afronding), aan alle mensen die mijn blog hebben ondersteund (en mij hebben gemotiveerd) door een donatie te doen aan Make-A-Wish: Bedankt!

dinsdag 21 mei 2013

Fietsbenen

I want to ride my bicycle
I want to ride my bike

Queen (bicycle race)


Ik ben geen fan van Anouk en ik ben al helemaal geen fan van het Eurovisiesongfestival, maar ik heb nu al zeker drie kwartier "Birds" in mijn hoofd zitten en zo nu en dan betrap ik mijzelf er op dat ik weer eens onwillekeurig een deel van de tekst hardop zing.  Gelukkig ben ik behalve een eendenkooi het afgelopen uur niks tegengekomen dus ik heb nog geen argwaan kunnen wekken bij toevallige passanten. Want, zeg nou zelf, iemand die in een strakke rode broek songfestival liedjes zingt en vanuit Zuidlaren richting Groningen rent, dat moet haast wel een gevluchte gek zijn, toch?

Wat ik aan het doen ben? Ik ben bezig met mijn eerste echt echt echt lange duurloop van het jaar. Ongeveer een uur geleden ben ik in Tynaarlo vrijwillig uit de auto gezet en nu hobbel ik met zo'n tien a elf kilometer per uur naar huis. Volgens de Tom Tom is de wandelafstand tussen plaats van vertrek en thuis ongeveer 27km dus naar verwachting ben ik, inclusief plaspauzes, in totaal 2,5 uur onderweg. Correctie, minimaal 2,5 uur, want ik reken er op dat ik nog wel ergens een afslag mis.

Normaal zing ik ander repertoire tijdens mijn duurlopen, maar het toeval wil dat ik de afgelopen week nogal veel Eurovisiesongfestival gezien heb op tv. Waarom? Omdat Jokertje's Jawoord en de Allerslechtste Echtgenoot nou ook niet bepaald verheffende alternatieven waren. Nou zit er natuurlijk ook een uitknop op de tv. Maar ja, mentale training is ook een belangrijk aspect in de voorbereiding naar een hele triatlon. En sinds afgelopen week weet ik één ding zeker: aan mijn doorzettingsvermogen zal het niet liggen in Frankfurt.

Terug naar de vogeltjes. Er zijn twee redenen waarom ik maar vasthoud aan Anouk's liedje tijdens mijn eenzame tocht naar huis. Reden één is de oorwurm. Reden twee is (of eigenlijk zijn) mijn fietsbenen.

De oorwurm is een oude volkswijsheid die ik ooit een keer geleerd heb van een collega. De wijsheid luidt: je kan een liedje dat in je hoofd zit alleen verwijderen door een liedje te gaan zingen dat slechter is. Dat betekent in de praktijk dat je twee dingen kunt doen. Je kan blijven bij het nummer wat nu in je hoofd zit. Of je kan volledig door het stof gaan en via Malta (stiekem vond ik Malta eigenlijk leuker dan Anouk), Denemarken, Noorwegen, Rusland en Azerbeidzjan, eindigen bij Kroatië, Montenegro en als laatste Roemenië. Om mezelf niet nog verdachter te maken dan ik al ben, kies ik veiligheidshalve vandaag voor optie 1.

Dan mijn fietsbenen. Zoals de term wellicht doet vermoeden zijn fietsbenen benen waarmee je kunt fietsen. Of beter gezegd, benen die je overgehouden hebt van een boel fietsen. Fietsbenen zoals de term wellicht ook doet vermoeden, zijn minder geschikt om mee te lopen. Of beter gezegd, eigenlijk zijn ze helemaal niet geschikt om mee te lopen. Een half uur lopen met fietsbenen voelt alsof je de hele avond naar het songfestival hebt gekeken. En als je voornemens bent om 2,5 uur hard te lopen, dan kun je je voorstellen dat er zelfs zwaardere dingen zijn dan het eurovisiesongfestival. (Nou, ik moet niet gaan overdrijven.)

En dat brengt mij weer terug bij de vogeltjes van Anouk. Het medicijn van vandaag tegen fietsbenen zijn de vogeltjes van Anouk. Zolang ik zing over de vogeltjes van Anouk, voel ik mijn fietsbenen niet. Het is natuurlijk wel een beetje een paardenmiddel en er zullen ongetwijfeld bijwerkingen zijn, maar bij gebrek aan een bijsluiter, neem ik die maar voor lief. Zolang ik niemand tegenkom hier in het Drentse land ben ik veilig. Wie dut mij wat, wie dut mij wat, wie dut mij wat vandage....'k heb de banden vol met wind. Ah nee, zie je wel... FIETSBENEN....aaargh

zondag 12 mei 2013

Wedstrijdverslag

You think that I'm strong.
You're wrong.

Robbie Williams (Strong)


Toen ik nog een klein Eigenwijzermannetje was, heb ik een afwijking ontwikkeld. Een hardnekkige afwijking waar ik tot op de dag van vandaag last van heb. Ik lees dwangmatig wedstrijdverslagen. Je zou kunnen spreken van een verslaving of een tic, maar eigenlijk is het veel meer dan dat. Je zou ook kunnen spreken van een levensstijl. Maar zoveel is het nou ook weer niet.

Mijn afwijking komt door DP. Dikke Pieter, zoals hij "voluit heette", was de elftalleider van Fc Lewenborg B2. En Dikke Pieter kon schrijven! Als B2 weer eens met 11-1 de boot in was gegaan ergens in de provincie, dan wist DP het zo op te schrijven dat het leek alsof de jongens van B2 minstens gelijkwaardig waren aan de tegenstander. En als ze dat zelfs in DP's ogen niet waren, dan had hij altijd wel ergens een scheefstaande grasspriet gespot die de moeite waard was om een wedstrijdverslag aan te wijden. Bij DP was het glas altijd halfvol en als het glas leeg was, dan was het nog altijd een mooi glas.

En daarom lees ik dus wedstrijdverslagen. Overdadig veel wedstrijdverslagen. Clubblaadjes, blogs, noem het maar op. Als iemand ergens een wedstrijdje heeft gedaan in Schubbekutteveen, of weet ik veel waar, dan lees ik het. Als een gokverslaafde die achter een fruitmachine zit, hoop ik op de jackpot in de vorm van een mooi verslag.

De jaren na DP heb ik geleerd dat wedstrijdverslagschrijvers als DP schaars zijn. DP was inderdaad de jackpot uit een fruitmachine. En met deze gedachte zit ik hier te broeden op een wedstrijdverslag over de Nacht van Groningen. Een halve marathon die ik afgelopen donderdag liep nadat ik eerder die dag 150km had gefietst.

Ik neem jullie mee naar het einde van de dag. Het stukje op de fiets naar huis, ongeveer een half uur na de finish van de halve marathon en dus een half uur nadat ik 6,5 uur had getraind. Ik fietste op het Damsterdiep en ik was leeg. Zowel fysiek als mentaal was ik helemaal gesloopt. Mijn doel om een hele zware Ironmantraining te doen was meer dan gehaald, maar eerlijk gezegd kon het me op dat moment geen moer schelen.

Het enige waar ik aan kon denken was de jongen die ik had zien staan tijdens de tweede loopronde in een tuintje aan de Zonnelaan. Een ventje van een jaar of tien die daar stond met zijn moeder vlak achter hem. Ze had haar handen om hem heen geslagen. Hij lachte een klein beetje. Wellicht omdat hij genoot van de hardlopers die passeerden, maar misschien was het omdat zijn moeder net iets liefs tegen hem had gezegd. Het maakt ook niet uit, want zijn kale kop, het slangetje door zijn neus en zijn uitdrukkingsloze ogen verraadden dat de jongen hartstikke ziek was. Ik dacht, *verdomme, ik heb een hele dag voor de lol getraind en deze jongen is doodziek. Wat een klotezooi. Er biggelde een traan over mijn wangen. Ik was echt helemaal kapot.

Nu ik er aan terugdenk, vraag ik me af wat DP voor wedstrijdverslag zou hebben geschreven. Ik heb geen idee, maar het was hoe dan ook een leeg en lelijk glas. Een afschuwelijk lelijk glas.


donderdag 2 mei 2013

Biertefahrt (of een ode aan Michel en José)


Op reguliere dagen zijn zij knapen, nauwelijks achter de oren gewassen. Maar op een dag als deze, transformeren zij in noeste kruisvaarders die op kousevoeten het feestgedruis van de monarchisten ontvluchten om zich op te offeren voor een hoger doel. Duitsch bier halen bij de oosterburen, zoals ze zelf plachten te zeggen. Met de nadruk op SCH. Goesting is het woord dat hen verenigd. Op deze jaarlijkse afspraak hebben zij wederom goesting. Goesting in pinten. Goesten om te koersen. Vandaag maken wij mee, wat voor velen een daad van waanzin is. Voor hen is het koers.

(Tot zover mijn Paul Jambers imitatie)

[...]

Dames en heren, u kijkt naar een speciale editie van Sporza waarin wij verslag doen van een koers van een stel Hollanders die op hun nationale feestdag het in de bol hebben gekregen om pinten te kopen in Leer, terwijl elke slijterij om de hoek dezelfde waar in de aanbieding heeft. Zij noemen het De Biertefahrt. Wij Vlamingen zijn al gauw geneigd om dit soort koersen te bagatelliseren, omdat wij onze eigen jaarlijkse hoogmis hebben en kijken dan ook niet subbiet op van een of andere kermiskoers. Hebben wij hier te maken met een stel sukkelaars José?

Och nee, Michel, sukkelaars allerminst, 't is gewoon koers he. Pinten of niet. Koers is koers.

[...]

Enfin, we zullen postvatten en schakelen rechtstreeks naar datgene wat over is van voorheen het peloton. Eerlijkheid gebied te zeggen dat de vlammen nog niet van de straatstenen afspatten. Of heb ik het mis José?

Och nee Michel, mis zeker niet. We hebben zitten te kijken naar een slapend peloton met daarin één renner die een verkeerde fiets gestoken heeft.

Een verkeerde fiets José?

Ja Michel, op deze macadamwegen in de grensstreek bij Oost-Groningen kiezen voor een tijdritfiets is solliciteren om als een hond op een frikandel te fietsen.

En dat verklaart dus waarom deze eigenwijze mens constant gaten moet dichtrijden achter in de meut, José?

Voila.

[...]

Dames en heren, laat ik u bijpraten wat eerder vandaag is voorgevallen. We zijn zo rond de klok van negen aangevangen in Groningen. Dat was zeker drie kwartier na het geplande depart. Diverse plichtplegingen omtrent de nieuwe sponsor Flapjack vertraagden de start. We zijn getuige geweest van een ware proeverij en een heuse photoshoot. Eenmaal op de fiets, na het depart werden de benen de eerste uren stilgehouden. We kunnen wel vastellen dat er in de eerste uren eigenlijk helemaal niets te beleven viel, José?

Och, niets, Michel. Niets zou ik niet durven zeggen. De tikken op de poep van de renners door de ploegleider na het abominabele eerste uur is toch wel een hoogtepunt.

Je hebt gelijk José. Enfin, dan hadden we nog de sprint om het bordje Leer die prooi was voor twee broeders Harder. We zijn getuige geweest van een val zonder erg van Westerkamp. En dat brengt ons bij de uitvallers tot nu toe. Naast een van de Harders is uit koers Prins. Kunnen we van hen zeggen dat zij hun werk hebben gedaan, José?

Och ja Michel, die hebben gedaan waarvoor ze waren aangesteld. Bier zeker stellen en erbij zijn. Maar we schrijven toch: abandon.

[...]

Dames en heren, we naderen het bordje Winschoten en naar verluid gaat daar het spel op de wagen.

Ja Michel, daar zullen de echte mannen wel boven drijven. 150km onderweg in dit soort koersen is vaak het breekpunt.

Bij Winschoten slaan we rechts af richting Zuidbroek en krijgen dan de wind van opzij. We zullen daar renners zien die hun gat helemaal open rijden. We scheiden daar de rijpe kazen van de jong belegen renners, renners die stekedood zitten en om hun moeder roepen. Amai José, dan is de koers op zijn mooist he.

Ja Michel, koers is koers.

[...]

Cartouche. Er piept er één tussen uit. En nog één, het is begonnen

Ja Michel, daar zit jus op, maar de grote mannen zitten nog steeds in hun hok he.

Dat is waar José, maar het lont moet aangestoken worden om de bom te laten barsten.

'T is koers.

Eens kijken of we een kijkje in de kopgroep kunnen nemen om te zien welke mannen hun neus aan het venster hebben gestoken. Daar zijn we bij de kopgroep. We zien drie studentikoze types. Dat lijkt op Oosterom, we zien Stoffelsma en die derde, is dat niet Frank?

Ja Michel, voila.

José, wist jij dat deze mens, die Frank, een bijzondere bijnaam heeft?

De roeiboot.

Inderdaad, en weet jij ook waar deze mens die naam aan te danken heeft?

Nee Michel, in de koers krijg je vaak bijnamen. Dat is koers.

[...]

Uit radio tour horen wij dat de maximale voorsprong van de kopgroep 40 seconden bedroeg en dat deze nu slinkende is.

Ja Michel, er wordt niet meer gespeculeerd. De grote mannen roeren zich  in de debatten en achterin waaien ze er af.

Oelalalala Aanstoot plafonneert en Eigenwijzerman en Stempher zitten ook slecht. Maar we zien nu het aangezicht van Eigenwijzerman. Die verdappert zich. Als het nu niet meer stilvalt liggen de andere mannen er af.

Da's juist Michel. De koers laat geen patatten terugkomen.

[...]

Dames en heren, uit radio tour hebben wij begrepen dat de renners een afslag gemist hebben en nu over een passage gestuurd worden waar de honden geen brood van lusten. Kenners spreken van een zandpad a la Carrefour de L'arbre. Moeten wij dit geloven, José?

Amai Michel, geloven? Ik heb geen idee, die Hollanders doen wel vaker gekke dingen op koninginnedag.

[...]

Helaas heeft de techniek ons in de steek gelaten en hebben wij de passage over het zandpad niet kunnen verslaan. Wij begrijpen van radio tour dat voorheen de kopgroep er achter af gewaaierd is en dat Venema en Dolsma er een snok aan hebben gegeven. Die had jij vanochtend opgeschreven, José?

Subiet, dat zijn de mannen die weten wat pedaleren is.

[...]

De verbinding met de motoir is hersteld. We zien hier een groepje met de verslagenen. Ik zie Harder, ik zie van Eijkel en ik zie Westerkamp.

Ja Michel, die zijn verslagen, daar zit geen snee meer op.

Zien we daar vanuit de achtergrond Eigenwijzerman aankomen, José?

Amai, die rijdt als een nieuweling.

Die heeft weer de slag gemist. Dan zeggen ze dat Stijn Devolder het wiel niet heeft uitgevonden. Of niet José?

Stijn Devolder hoeft ook geen uitvinder te worden. Die heeft de Ronde gewonnen.

[...]

Dames en heren, onze excuses dat wij geen verslag kunnen doen van de kopgroep. Wij hebben begrepen vanuit de koers dat zij de vod inmiddels gepasseerd zijn en dat er elk ogenblik om de eeuwige roem gesprint gaat worden. Wij moeten het doen met deze tweede groep waarin Eigenwijzerman nu het voortouw neemt.

Ja Michel, miraculeus hoe hij uit het niets teruggekeerd is. Hij heeft zelfs Westerkamp erafgepiert.

Die reed hoekig als een bok op een haverkist, José?

Die stond stil. Da's ook koers he.

[...]

Het bericht komt tot ons dat Venema Dolsma erop heeft gelegd in de eindsprint en dat hij nu zo fier is als een aap met zeven lullen. Kunnen we nu concluderen dat de sterkste man als eerst over de meet is gekomen, José?

Och ja, Michel. Zeker en vast was hij de sterkste. Daar hoefde ik mijn bril niet voor op te zetten.

Daar neem ik mijn hoed voor af.

[...]

Dames en heren, we hebben inmiddels weer beeld en we zien dat de vaste camera in de verte de groep Eigenwijzerman in beeld heeft. Zij zullen sprinten als stervende zwanen om de vijfde plaats, of allicht hebben zij de handdoek reeds in de ring geworpen.

Ik denk het laatste Michel. Daar zit geen jus meer op.

Deze mannen hebben zo te zien een flinke jas uitgedaan. Dames en heren, met deze beelden kunnen we concluderen dat deze koers gestreden is. Onze volgende afspraak is waarschijnlijk de Giro. Vanuit het hoge noorden groet ik u. Wij gaan nog een pintje pakken hier José of  niet?

Zeker één Michel, allicht twee.


dinsdag 23 april 2013

BDSM

Every breath you take

The Police (Every breath you take)


Geachte secretaris van de BDSM club Blauw 70,

Middels deze brief wil ik mijn lidmaatschap van de BDSM club Blauw 70 opzeggen.

Ik heb jarenlang gebruik gemaakt van uw diensten en daar wil ik u hartelijk voor bedanken. Ik wil u bedanken voor de fysieke beperkingen als gevolg van uw latex zwempak die ik heb mogen dragen tijdens mijn zwemtrainingen en triatlonwedstrijden. Met name wil ik u bedanken voor de immobiliteit van mijn onderlichaam, de schaafwonden rond mijn hals, de immense inspanning tijdens het aan- en uittrekken van het pak en de verwurgingen voor en tijdens het zwemmen.

Al deze beperkingen hebben geholpen de temperatuur van het veelal koude water te doen vergeten en ze hebben mij ten volle beperkt in het leveren van een degelijke zwemprestatie. Uw zwempak heeft mij de haast ultieme staat van submissie geleerd en nu ik dit stadium bereikt heb, zie ik af van verder gebruik van uw diensten.

Daar ik graag volledigheid van zaken geef, wil ik u bij deze ook informeren dat ik vanaf heden lid ben geworden van een andere sociëteit genaamd Massagesalon Matong. Het testlatex dat ik van hen heb mogen proberen was als een satijnen dekbedovertrek om een donzen deken. Ik wil u de details van mijn verder orgastische ervaring besparen, maar het gemak waarmee ik in mijn zwempak gleed, kan met geen glijmiddel geëvenaard worden. Ik wil nog wel met u delen dat ik dol fijn als Flipper heen en weer in het 25-meter bad zwom en daarna in staat was om zonder een bijna-dood ervaring mijn zojuist genoten moment van extase met een brede glimlach aan omstanders na te vertellen.

Toegegeven, het lijkt minder heldhaftig om zonder open wonden het water te verlaten en het is wel even wennen om niet fysiek beperkt te worden tijdens het zwemmen. Maar na mijn kennismaking met deze massagesalon heb ik direct een zwempak besteld voor het komende open water zwemseizoen. Het duurt nog eventjes voordat mijn nieuwe zwempak is gearriveerd, maar stiekempjes hoop ik met dit nieuwe pak op een happy ending.

Ervanuitgaande u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben, verblijf ik.

Hoogachtend,


Eigenwijzerman

donderdag 18 april 2013

De Bom

Carrière maken (voordat de bom valt)
Werken aan mijn toekomst (voordat de bom valt)
Ik ren door mijn agenda (voordat de bom valt)
Veilig in het ziekenfonds (voordat de bom valt)
En als de bom valt...........

Doe Maar (De Bom)


Tik Tak Tik Tak, Ik hoor je denken. Zal die Eigenwijzerman over Boston gaan schrijven? Hij heeft per slot van rekening twee academische publicaties op zijn naam staan over terrorisme en is al negen keer de finishlijn gepasseerd van een marathon.

Het antwoord is nee.

Het betreft vandaag een spreekwoordelijke bom. Ik heb het weer eens "best wel druk" (eufemisme) en ik heb al weer bijna twee weken niks van me laten horen op deze blog. En dus heb ik er nu in mijn lunchpauze voor gekozen om de stopwatch in te drukken en in twintig minuten een blog in elkaar te flansen. Totdat de Bom valt. En zo zijn de eerste twee minuten alweer om.

Het is dus druk. Er moeten artikelen af op het werk. Ik moet tentamens nakijken (er ligt een stapeltje van zo ongeveer 350 tentamens naast me). Ik krijg een nieuwe functie op het werk. Ik moet een x-aantal studenten en AIO's begeleiden. Ik zit in de faculteitsraad en ga zo maar door. Buiten het werk is het ook best druk. Ik heb sinds kort zitting genomen in het bestuur van mijn triatlonclub en doe er ook nog een Pr-commissietje bij.

Thuis is het ook druk en wordt het nog veel drukker!!! Laat ik eerst even kort mijn taken belichten. Mijn belangrijkste taak is die van persoonlijk begeleider van de prinses des huizes. En dat is mij toch een takenpakket! Ik lees boekjes, bezoek speeltuinen, geef eendjes te eten, maak puzzels, kleur kleurplaten, speel hamertje tik, kijk Zandkasteel Aan Zee, speel met mini's van de Albert Heijn etc etc. (luiers verschonen, broodjes smeren, koken, douchen, tandenpoetsen en alle andere mindere taken doen we er allemaal gewoon even bij). En dan hebben we het nog niet eens over de opvoeding gehad!

En verder thuis? Ik probeer ook nog eens de beste partner in crime te zijn van mijn betere helft die ook nog eens de moeder wordt van mijn tweede kind!

Ik heb het dus vrij druk (Ja, nou weten we het wel) en ren letterlijk en figuurlijk door mijn agenda. En dan zouden we haast vergeten dat ik ook nog train voor een hele triatlon! De vorige week elf uur, deze week twaalf en een half uur, en volgende week staat er veertien uur op het programma. Mijn gunst, hoe krijg ik het voor elkaar?

Oh ja, en dan ook nog deze blog waar ik maar al te graag tijd in steek. Nu heb ik dus al twee weken niets van me laten horen. Je zou zo op de gedachte kunnen komen dat ik wellicht geen inspiratie heb. Nou, dan heb je het mis!

Ik heb een heleboel inspiratie opgedaan. Zo wilde ik schrijven over een mooie duurloop met de zoon van mijn marathonheld Marti ten Kate in Zürich. Ik wilde een ode brengen aan (van geboorte) Nederlands beste vrouwelijke marathonloopster bij de marathon van Rotterdam. Ik wilde schrijven over hoe ik bij de GVAV fietstraining kapot ben gefietst (tot twee maal toe) door een dame die naar eigen zeggen supporter is van een voetbalclub uit Amsterdam. Ik wilde ook schrijven over hoe goed ik tot nu toe de trainingen verteer en hoe met name mijn zwemmen is verbeterd de laatste paar weken. Ik wilde schrijven over hoe de prinses des huizes extra weerstand biedt wanneer ik core-stability oefeningen doe door met speelgoedauto's over mijn rug te rijden. Ik wilde schrijven over keiharde intervaltrainingen op de atletiekbaan alwaar we de kilometers binnen de 3.30min klokten. En zo kan ik nog wel even doorgaan

Ik wilde zoveel leuke verhaaltjes schrijven! Maar ik heb er helaas even de tijd niet voor gehad. Oeps er zijn vijfentwintig minuten voorbij. Boem. Nog snel even de typo's eruit halen. (Naschrift: typo's verwijderen kostte nog eens zeven minuten).

En nu weer aan het werk. Statistiek tentamens nakijken. Heerlijk. Tot snel!