dinsdag 3 juli 2012

Hamburgers in Holten


Als ik aanstaande zaterdag de laatste keer over de top van de Holterberg ga, dan weet ik dat absolute extase nabij is. Ik schakel op naar de 13, misschien wel naar de 11. Als een slechtvalk, die een onoplettende muis heeft gespot, stort ik mij de diepte in. Bijna beneden moet ik goed opletten in die flauwe bocht naar rechts. Het zou niet de eerste keer zijn dat ik mijn snelheid hier onderschat. Wanneer ik beneden ben even terugschakelen en dan vol in de remmen. Linksaf het dorp in.

Als ik fris ben, schakel ik nog een keer een tandje bij. Nog één keer de veertig per uur aanraken. Tot aan de rotonde. Die neem ik driekwart de winkelstraat in. De laatste tweehonderd meter trek ik het klittenband van mijn fietsschoenen los en haal gedecideerd mijn voeten uit de schoenen. Op blote voeten fiets ik de laatste vijftig meter naar wisselzone twee.

Dan begint het. De houten balk die de grens van de wisselzone markeert is als de opening van de tunnel naar de hemelpoort. Even verbaas ik mij over de afwezigheid van wit licht. De wisselzone is blauw. Blauw van het tapijt dat neergelegd is om de internationale allure van deze triatlon kracht bij te zetten. Als ik van mijn fiets spring, voel ik dat de bal van mijn voet het alom aanwezige tapijt raakt. De eerste stappen voelen aan als het springen op een luchtkussen. Je denkt dat je meters opveert maar in werkelijkheid gebeurt er vrij weinig. Dan lopen de benen vol met melkzuur. Echter, door de wetenschap van datgene wat komen gaat, voel ik er niets van. Snel de fiets inwisselen voor loopschoenen. De laag talkpoeder op de inlegzool en de hak van mijn schoenen fungeert als glijmiddel, waardoor er geen tijd verloren gaat. Ik glij in mijn schoenen en in een vloeiende beweging doe ik mijn helm af. Terwijl ik het parc fermé doorkruis, draai ik mijn startnummerband om, zodat mijn startnummer zichtbaar wordt voor de aanwezige juryleden. Op naar het paradijs.

Het publiek dat zich aan weerszijden van het tapijt achter de dranghekken heeft geposteerd is de bewaker van de hemelpoort. Er zijn louter goedkeurende blikken. Er is applaus en hier een daar een aanmoediging. Sint Petrus laat een ieder door die het zwemmen en fietsen succesvol heeft afgerond. Terwijl ik mijn kruissnelheid bereik, komt het einde van de wisselzone in zicht. De hemelpoort gaat open. Ik ga het dorpscentrum in. Dan is er euforie en verrukking. Ik ruik bier, patat en hamburgers. Het is weer feest in Holten. Dit worden tien hele snelle kilometers.